Dankzij uw onfeilbare liefde kan ik uw huis binnengaan; ik zal in uw tempel aanbidden met het diepste ontzag.
—Psalm 5:7
We leven in een tijd waarin onze maatschappij een goddeloze levensstijl verheerlijkt. Ze pronkt ermee. We lezen erover. We zien het op televisie. En we zeggen: "Heer, hoe lang blijven ze ermee wegkomen?" Ondertussen bespot de maatschappij degenen die proberen te leven volgens Gods Woord.
Dus we denken: "Dit is gewoon niet eerlijk. Die persoon daar mag daar niet mee wegkomen. Het is verschrikkelijk wat ze doen."
Asaf, een van de schrijvers van de psalmen, worstelde met dit eeuwenoude probleem. Hij schreef: "Ik probeerde te begrijpen waarom de goddelozen voorspoedig zijn. Maar wat is het een moeilijke taak! Toen ging ik uw heiligdom binnen, o God, en eindelijk begreep ik het lot van de goddelozen. Waarlijk, U hebt hen op een glibberig pad gebracht en hen van de afgrond laten glijden, naar de ondergang" (Psalm 73:16-18 NBV).
Ook David reflecteerde op het leven van godvruchtigen en dat van goddelozen en stelde ze tegenover elkaar. Hij schreef over de gewoonten van goddelozen en hun prioriteiten. En vervolgens zei hij: "Dankzij uw onfeilbare liefde mag ik uw huis binnengaan; ik zal mij in uw tempel aanbidden met diep ontzag" (Psalm 5:7 NBV).
Hij zei: "Deze ongelovigen kunnen doen wat ze willen en leven zoals ze willen. Maar ik ga naar het huis van de Heer." David had zijn prioriteiten op orde.
Op dezelfde manier, wanneer we naar de kerk gaan en samen Gods Woord bestuderen, zien we het grote geheel. We onderscheiden goed van kwaad. En we kunnen de juiste keuzes maken.
We kunnen naar de kerk gaan en samenzijn met andere gelovigen vergelijken met brandende houtblokken of kolen. Als we ze dicht bij elkaar houden, blijven ze heet en gloeien ze. Maar als we er één van de andere scheiden, zal die koud worden. Hetzelfde geldt voor ons als volgelingen van Christus.
Toch zijn er christenen die zeggen: "Laten we vandaag niet naar de kerk gaan. Laten we iets anders gaan doen. We zijn twee weken geleden naar de kerk geweest."
Ze missen iets. De kerk is niet iets wat we doen als we er de tijd voor vinden. Het is de plek waar we naartoe gaan om onze focus te hervinden. Het is de plek waar we naartoe gaan voor een spirituele opfrisbeurt. En het is ook de plek waar we heen gaan om te geven én te ontvangen. We brengen onze gaven mee en bouwen elkaar op.
Daarom waarschuwt de Bijbel: ‘Laten we onze bijeenkomsten niet verwaarlozen, zoals sommigen doen, maar elkaar bemoedigen, vooral nu de dag van zijn wederkomst nadert’ (Hebreeën 10:25 NBV).
Er gebeurt iets wonderbaarlijks, iets bovennatuurlijks, iets mysterieus wanneer Gods volk samenkomt. Wanneer we de Heer aanbidden, woont Hij in de lofzangen van Zijn volk. Wanneer we Zijn Woord bestuderen, spreekt Hij tot ons. En wanneer we onze gebeden verenigen, schuilt er kracht in.
David zei: "Deze wereld is gek, maar ik zal mij tot U wenden, Heer. Daarop zal ik mijn vertrouwen stellen."
Laten we het voorbeeld van David volgen. Laten we onze problemen en lasten op de Heer afwentelen, en Hij zal uiteindelijk Zijn zin krijgen.