Ondertussen volgde Petrus hem op een afstand en kwam bij de binnenplaats van de hogepriester. Hij ging naar binnen en ging bij de bewakers zitten en wachtte af hoe het allemaal zou aflopen.
—Mattheüs 26:58
Peter had geen idee dat er een storm op komst was. Hij realiseerde zich niet dat zijn wereld binnen enkele minuten zou veranderen.
Jezus bad in doodsangst in de tuin van Gethsemane. De Bijbel vertelt ons dat Hij “in zo’n geestelijke kwelling was dat zijn zweet als grote druppels bloed op de grond viel” (Lucas 22:44 NBV).
Toen kwam Judas Iskariot, gevolgd door de tempelwacht en Romeinse soldaten met speren, schilden, zwaarden en fakkels. Er was één zeer ijverige man die de leiding had: Malchus, de dienaar van de hogepriester.
Dus Peter trok een zwaard, haalde uit en sneed het rechteroor van de man af. Peter probeerde waarschijnlijk zijn hoofd eraf te hakken. Maar hij was een visser, geen zwaardvechter.
Toen zei Jezus tegen hem dat hij het zwaard moest wegdoen, en zei: ‘Wie het zwaard hanteert, zal door het zwaard sterven. Weet je niet dat ik mijn Vader om duizenden engelen kan vragen om ons te beschermen, en dat hij ze dan meteen zou sturen? Maar als ik dat deed, hoe zouden dan de Schriften in vervulling gaan die beschrijven wat er nu moet gebeuren?’ (Matteüs 26:52–54 NBV).
Peter kreeg de zaken omgedraaid. Hij sliep terwijl hij had moeten bidden en vocht terwijl hij zich had moeten overgeven.
Wat Malchus betreft, Jezus genas hem. Het laatste wonder van Jezus was het genezen van het oor van de man die Hem kwam arresteren. Dat toonde de liefde van de Heer tot het einde.
Peter had geen idee van de naderende storm en besefte niet dat zijn leven binnen enkele minuten zou veranderen.
Petrus viel omdat hij vertrouwde op menselijke inspanning in plaats van op Gods kracht. Hij volgde Jezus ook op afstand. Mattheüs 26:58 vertelt ons: "Petrus volgde hem op afstand en kwam bij de binnenplaats van de hogepriester. Hij ging naar binnen en zat bij de bewakers en wachtte om te zien hoe het allemaal zou aflopen" (NLT).
Neem bijvoorbeeld een huwelijk dat uit elkaar valt. Een stel kan verschillende redenen aanvoeren, van geldproblemen tot opvoedingsproblemen tot veel ruzies. Maar waar het stukliep, was in hun communicatie. Er is iets gebeurd. De vriendschap en kameraadschap waarop ze hun huwelijk bouwden, is niet meer wat het was. En toen vonden andere dingen hun weg naar een gebroken huwelijk.
Hetzelfde geldt voor onze relatie met God. We drijven weg van de Heer in nabijheid. We beginnen de dag niet meer met Bijbelstudie en gebed. We zijn te druk met andere dingen. Dan ontwikkelen zich andere problemen. En we merken dat we Hem op afstand volgen.
Dat is wat er met Petrus gebeurde. En deze afstand van de Heer in nabijheid en gemeenschap is de kern van elke val.